Vangstperiodes
Niet alle maanden zijn even doeltreffend
om te hengelen op witwis. Hieronder een kort overzichtje van de periodes voor
witvis (voorn+brasem):
Januari
- Februari -Maart
Voorn:
De voorns trekken naar de diepste plekken van het water: in de nabijheid van
bruggen, havens en sassen kan je op sommige dagen grote vangsten boeken. De
meeste aanbeten komen tijdens de warmere uren rond de middag. Kleine aassoorten
zoals pinkies en vers de vase zijn tijdens die periode het beste aas.
Brasem:
Dit zijn niet bepaald de beste brasemmaanden. Ze liggen nu met grote scholen
passief in de diepere gedeelten van het water. Op rustige zonnige dagen wil
de brasem ook nog wel eens azen. Denk er aan dat je nu niet te zwaar vist.
April - Mei
Al naar gelang de weersomstandigheden valt de paaitijd in deze maanden, wat
doorgaans resulteert in slechte vangsten.
Juni - Juli - Augustus
Voorn:
Moeilijke maanden. De voorns vinden natuurlijk voedsel in overvloed, trekken
veel rond en zijn in alle waterlagen te vinden.
Brasem:
Wanneer het paaien is afgelopen, gaat de brasem meteen aan het azen. Dit is
rond eind mei, begin juni en de vangsten kunnen echt grandioos zijn. Topmaanden
voor de brasem!
September - oktober
Voorn:
De beste maanden voor de voorn. De voorns zijn in uitstekende conditie en bouwen
reserves op voor de winter. Rijkelijk en regelmatig bijvoeren zijn voorwaarden
om een school voorns op de visplek te houden.
Brasem:
Een warme nazomer biedt goede mogelijkheden: de brasem zal een vetlaag voor
de winter aanleggen en onverminderd doorvreten. De goede plaatsen zijn dezelfde
als die in het voorjaar. Een plotseling daling van de temperaturen doet de brasem
echter onmiddellijk stoppen met azen.
November - december
Voorn:
Met het dalen van de temperatuur trekken de voorns zich steeds meer terug naar
diepere plaatsen (zie januari - februari- maart).
Brasem:
De rust keert weer en de brasems trekken zich terug in diepere stukken van het
water. Wil je het toch proberen, vis dan niet te zwaar.

