baikal taling
baikal teal |
Duits: Baikalente Frans:
Sarcelle Baikal Latijns: Anas formosa
|
LENGTE:40 cm
VERSPREIDING:Noordoost-siberië;overwintert in China en Japan
BESCHRIJVING:woerd:zwarte bovenkop,okergeel gezicht en halvemaanvormige,groene
streep van achter het oog tot zijkant van de hals en smal,zwart streepje dwars
over de wangen,dat overgaat in de dito gekleurde kin en keelstreek
borst wijnrood metzwarte golflijntjes.schouderveren verlengd,smal,puntig,in de
midden zwart met bovenaan een bruine en onderaan en okergele zoom spiegel bronsgroen
vrouwtje ondescheidt zich van dat van wintertaling door witte vlek voor de snavelbasis
HABITAT:plassen en stromen in de siberische taiga.trekvogel,overwintert op de
ondergelopen rijstvelden in China en Japan.
HOUDEN:fraai siereendje,gemakelijk te houden,verdraagzaam,winterhard.
de in europa gekweekte vogels zijn vertrouwelijk en rustig van aard.
FOKKEN:op broeden niet te vast rekenen is echter aan tuinvijvers gelukt
nest tussen dichte begroeiing dicht aan waterkant.
eieren 6-9 grijsgroene,broedduur 23-26 dagen kuiken opfok probleemloos;
jongen vliegen na 46 dagen en na 1 jaar geslachtsrijp.
|
LENGHT:15"-17"
DISCRIPTION: Male Baikal teal have a variegated head displaying a black crown and
hindneck with buff and metallic green patches on the face margined with white
and black. The chest is buff dotted with black spots and the gray sides and
flanks are vermiculated with fine black lines. A white finger-like mark extends
from in front of the folded wing to the white belly. Long scapulars striped
with black, chestnut, and buff drape over the rear of the folded wing. A green
speculum, edged with white in the back and red-brown in the front, is displayed
in flight. The bill, legs, and feet are dark gray to black.
Female Baikal teal closely resemble their counterparts in
green-winged teal. The principle differences are their larger size, a
pronounced whitish spot at the base of the bill, and a brown-red bar edging the
forward margin of the green speculum
HABITAT: breeds in centraland eastern Siberia, winters in China, Japan & Korea. Occasionally wanders
to the Aleutian Islands and Alaska and has been reported as far south as
California. Birds seen elsewhere in North America are more than likely escaped
aviary birds. During the breeding season, seen on taiga marshes and lakes,
forested streams and tundra rivers. Winters in a variety of freshwater and
brackish areas.
BREED:Breeding late April to July breeding first year ,clutch size 8 to 10 ,Incubation Period25 days,
Nesting: Will use concealed boxes or thick cover.
|
|