Er werd voor
het eerste van de 2cv
gesproken in 1935.
De opdracht van Andre Citroën
luidde:bouw een
"auto" voor de
franse boer,
hij moet zuinig en goedkoop
zijn ,moet paard en kar
vervangen.
daarbij moest hij nog een
mand eieren tegen een
snelheid van ongeveer 65
km/uur
over een pas omgeploegd veld
kunnen rijden ,zonder dat er
ook maar 1 ei breekt.
Verder moest men er met 2
mannen en een zak met 50 kg
aardappelen in passen.
Zij moest zo eenvoudig te
bedienen zijn dat de boerin
erin kon rijden
en hoog genoeg dat men er
met een hoed in kon stappen.
Maar dat jaar overleed Andre
Citroën, en zou bij de
beurscrash ook de Citroën
fabriek failliet gaan zonder
de hulp
van bandenfabrikant
Michelin .Pierre Boulanger
zag ook wel wat in dit idee.
Dus begon hij er meteen aan:
Het project werd tpv genoemd
(tout petite voiture)
Er werd een "auto"
ontwikkeld die zuinig en
licht was.
Deze auto werd vervaardigd
uit magnesium en aluminium,
dit was blijkbaar toch niet
zo fantastisch want het
eerste prototype
brandde na kortsluiting
helemaal uit.
Ze waren niet tevreden en
begonnen helemaal opnieuw.
na 4 jaar , stond de auto
klaar voor het Parijse
autosalon van 1939.
Maar toen brak de tweede
wereldoorlog uit ,en werden
op een na ( die is tot grote
spijt van de boer in de
jaren '70 terug
gevonden en naar eigen
zeggen was het een echt luxe
kiekenkot.) al de prototypes
vernietigd.
maar tijdens de oorlog werd
er in het geheim toch nog
verder gewerkt aan de tpv.
Boulanger nam contact op met
motorconstructeurs L. Girard
en W.Becchia .
Na enig overleg besloten ze
om een luchtgekoelde in
plaats van een watergekoelde
motor in de auto te proppen.
Dit bleek een succes te zijn
want na 3 weken draaide deze
motor al 21 dagen aan een
stuk.
Ondertussen werken
verschillende andere
ontwerpers aan de tpv .
er kwamen gewone zetels in
(normaal waren het jutte
doeken die o.a aan het dak
werden bevestigd)Ook kwam er
verwarming, een 2de koplamp
enz...
Vlak voor het salon werd de
slinger vervangen door
elektrische ontsteking.
8 Oktober 1948.
Eindelijk is het dan zover,
na 13 jaar staat de 2cv te
blinken op het salon l'
automobile in Parijs.
Maar eigenlijk vond niemand
hem mooi. Ze dachten dat
Citroën had gefaald en een
journalist vroeg zich zelfs
af waarom
ze er
geen gratis blikopener
bijleverden.
Citroën had in die tijd nog
een zwaan in zijn logo, en
een journalist moest
er toch maar weer eens op
ingaan door in zijn krant te
melden dat de zwaan van
Citroën eindelijk eens een
lelijk klein
eendje
had uitgebroed. Die naam
bleef de auto behouden.
Als het dan toch zo een
"lelijk eendje"
was waarom zijn er dan
3868631 van die dingen
verkocht?
Zelfs die dag nog draaide
het volk bij. De
wachtlijsten stonden vol en
degenen die in 1950 een 2cv
wouden moesten bijna 6
jaar wachtten.
Ook moest men een vragenblad
invullen en dan besliste
Citroën of dat je er
"boer" genoeg voor
waart.
Degenen die meer geld hadden
en toch nog een 2cv wouden
hebben die kregen van
Citroën een tweedehands
"geitje" voor het
dubbel van de prijs.
De 2cv kreeg meer en meer
fans en er werden steeds
meer verschillende modellen
op de markt gebracht.
Op vrijdag 27 juli 1990
rolden de laatste 2 2cv's
van de band , een
grijs/grijze charleston en
een rode 2cv 6 speciale.
|