Hotel Snoeck, Sint-Jakobsnieuwstraat 50-52-54, Gent.
Beschermd monument, 26 maart 1990.
Deze woning was aanvankelijk eigendom van de beroemde Gentse architect David 't Kindt en werd in 1749, wellicht naar
een eigen ontwerp, opgericht. Van 1802 tot 1806 deed het gebouw dienst als Bisschoppelijk Paleis. Nadien werd het
bewoond door de musicoloog César Snoeck, vermaard om zijn belangrijke collectie muziekinstrumenten en
muziekliteratuur.
De voorgevel bevat dezelfde kenmerken als die van vele herenwoningen uit die tijd : accentuering van de middenpartij
door middel van bossagewerk, een hoger opgetrokken middentravee bekroond met een gebogen fronton, waartegen twee naar
binnen gekeerde kwartcirkels aanlopen, rond afgewerkte dakkapellen, verhoogde borstweringen als horizontale afscheiding
tussen de vensteropeningen en een balkon op de bel-etage. De streng symmetrische opbouw wordt evenwel verbroken door de
asymmetrische Lodewijk XV siermotieven, zoals rocailles, cartouches en
draperingen. De combinatie van decoratieve elementen en van lokale vormentaal is karakteristiek in het oeuvre van 't
Kindt. Anders dan bij het Franse rococo wordt hier evenwel het massale en krachtige verkozen boven de evenwichtige
verhoudingen. Het levenslustige in de Franse voorbeelden wordt hier haast theatraal.
Doorheen de tijd heeft de voorgevel enkele verbouwingen ondergaan. De ingangspartij, aanvankelijk in het midden van
de gevel, werd in de 19de eeuw gedeeltelijk gedicht en omgebouwd tot een beluikt venster. Een nieuwe toegang werd
voorzien door middel van een poort in de uiterst linkse travee.
Deze herenwoning is één van de fraaiste voorbeelden van de rococostijl in Gent en is
privé-eigendom.
|