Twee nieuwkomers
dit jaar: Monaco en de USSR, die beide bovendien slechts één keertje zouden
deelnemen.
Monaco zorgde
meteen voor een schitterend debuut: Mary Cristy (ESC '76) sleepte met
"Dans Le Ciel" immers de tweede plaats in de wacht. Het nummer en
Mary Cristy's vertolking werden respectievelijk bekroond met een Outstanding
Song Award en een Most Outstanding Performance Award. Voor de tekst van
"Dans Le Ciel" tekende Yves
Dessca, de succesvolle tekstschrijver van Séverine's "Un Banc, Un
Arbre, Une Rue" (ESC '71) én Vicky's "Après Toi" (ESC '72).
De Sovjet-Unie
raakte niet verder dan de halve finale ondanks de muzikale inbreng van de
beroemde en zeer geliefde componist Yuri Saulsky - tevens dirigent en
stichter van de "Moscow Jazz Association". Ludmila Barykina keerde zonder prijs met zijn
"Ty Ne Khody V Osenny Sad" (You Don't Go To The Garden In The
Autumn) huiswaarts en de Sovjet-Unie keerde nooit meer terug naar het WPSF,
ondanks lobby-werk achter de schermen.
|

Catherine Ferry (Japanese ad)

Catherine Ferry on stage
at the 7th WPSF
|
Behalve Mary
Cristy hadden nog negen andere Eurovisie-artiesten besloten om dat najaar hun
muzikale kansen te wagen op het Aziatische grondgebied. Twee onder hen kwamen
eveneens uit het ESC '76. Catherine
Ferry zong voor Frankrijk het door André Popp gecomponeerde nummer "Ma Chanson D'Amour"
(tekst: Jean-Claude Massoulier), dat een Outstanding Song Award in de wacht
sleepte. Ierland werd vertegenwoordigd door Red Hurley met het nummer "Arkansas" (halve finale).
Listen here to "Ma Chanson D'Amour": 

Catherine Ferry - "Ma Chanson
D'Amour"
(7" single - Japanese pressing)
|

Red Hurley (Ierland)
|

Robert Cogoi
"Quand On Est Seul"
(7" - inzending België)

Gianni Morandi
"Per Poter Vivere"
(7" single - pressing Japan -
inzending Italië)

Véronique Müller
(Zwitserland)

Gérard Lenorman
"S'Il Vous Plaît, Les Nuages" (7" single - pressing Japan -
inzending Frankrijk)
|
Een Outstanding
Song Award ging eveneens naar Robert
Cogoi (ESC '64) voor België en naar Gianni Morandi (ESC '70) voor
Italië.
Robert Cogoi bracht het nummer "Quand On Est Seul": een meeslepend
chanson dat zich via een zachte piano-intro en zweverige vioolakkoorden
opbouwde naar een krachtig refrein. Een verdiende derde plaats voor België!
"Quand On Est Seul" verscheen op single bij BIAC Records (met
verwijzing naar het WPSF!) en als track op het album "Le Navigateur Solitaire".
Gianni Morandi (ESC '70) zong "Per Poter
Vivere" (To Be Able To Live), geschreven door het duo Jurgens-Zambrini. Het nummer werd tevens de titeltrack van Gianni's nieuwe album.
Na haar niet
onaardige resultaat op het ESC '72 met "C'est La Chanson De Mon
Amour" (8ste op 18) waagde Véronique
Müller voor Zwitserland haar kans op het 7de WPSF. Met het Engelstalige
nummer "Last Year's Dreams" (muziek: Benoît Kaufman - tekst: Don
Black) raakte ze echter niet voorbij de halve finale.
Nog een deelnemers
uit het ESC '72 was Joe Cutajar. Als de mannelijke helft van het duo
Helen & Joseph kon hij voor Malta slechts 48 puntjes sprokkelen, goed
voor de laatste plaats. In Tokyo raakte hij met het Engelse nummer "It's
Take-Off Time" (tekst & muziek: Edmond Zarb) niet verder dan de
halve finale.
Géraldine (ESC '75) zong
voor het Verenigd Koninkrijk het met een Outstanding Song Award bekroonde
"Romano", net als "Toi" een compositie van het
succesvolle duo Bill Martin en Phil
Coulter ("Puppet On A String" &
"Congratulations"). "Romano" was een upbeat gipsy-liedje
met een catchy refreintje.
Gali Atari (ESC '79) deed
met het nummer "The Same Old Game", een compositie van Kobi Oshrat (componist
"Hallelujah", "Olé Olé" en "Ze Rak Sport"), een
tweede gooi naar de WPSF Grand Prix. Het leverde Israël een finaleplaats,
maar geen onderscheiding op.
Gérard Lenorman (ESC '88) zong voor Frankrijk "S'Il Vous Plaît, Les
Nuages", op tekst van J. V. Verigneaux en muziek van Philip Lhommet (ESC
'88). Goed voor een finaleplaatsje. Het nummer verscheen op single (in Japan)
en als track op het album "Drôles De Chansons".
|

Robert Cogoi
"Le Navigateur Solitaire"
(LP met "Quand On Est Seul")

Gianni Morandi
"Per Poter Vivere"
(LP met inzending Italië)

Géraldine - "Romano"
(7" single - inzending UK)

Gérard Lenorman
"Drôles De Chansons"
(LP - pressing Japan -
met inzending Frankrijk)
|

Joe Cutajar (als Joseph)
op het ESC 1972
|

Joe Cutajar - "Strangers In The
Night"
(album - 2003)
|
Naast Cathérine
Ferry en Gérard Lenorman stonden nog twee andere artiesten voor Frankrijk op
het WPSF-podium. Caroline Verdi (3de in de Franse nationale
Eurovisiefinale '76) zong "100 Baisers A La Seconde", een
compositie van Tonny Rallo
(componist "Un, Deux, Trois" - ESC '76). Rose Merryl bracht
"Le Vent Se Lève", een compositie van Jean-Pierre Goussaud (componist "100% D'Amour" - ESC
'84).
|
Ook het Verenigd
Koninkrijk had vier inzendingen in het 7de WPSF: Géraldine (zie
hoger), Jigsaw, Splinter en Michael Tinsley.
Deze laatste zong
"Wrap Me In Love", een nummer dat hij samen met Peter Hawkins had
geschreven. Midden jaren '60 was Mick zanger bij de "Hedgehoppers
Anonymous", een band die in 1965 een enorme hit scoorde met "It's Good News Week" - een
protestlied van Jonathan King. En Mick Tinsley is nog steeds bijzonder
actief: in de jaren '90 speelde hij achtervolgens in de bands
"Aristaya", "Ice Cold July" (1992-1995) en tot slot
"Jones" (2000-…).
De meeste aandacht
ging echter uit naar de twee Britse groepen. Jigsaw, bekend om hun gesofistikeerde rock waarin nieuwe
technieken werden vermengd met traditionele rock-'n-roll, bracht het vlotte
"Paint The Smile On", een track uit hun album "Pieces Of
Magic". Een jaar eerder, in oktober 1975, was Jigsaw met het nummer
"Sky High" doorgestoten tot de 2de plaats van de officiële Japanse
hitparade (de Oricon). Maar liefst 568.000 exemplaren van deze single gingen
er over de toonbank.
|

Jigsaw -
"Pieces Of Magic"
(LP met o.a. "Paint The Smile
On" -
inzending UK)
|

Splinter - "Love Is Not Enough (To
Stay Alive)"
(7" single - pressing Japan -
originele versie - inzending UK)

|
Het duo Splinter,
bestaande uit Bobby Purvis en Bill Elliott, was de allereerste act die
opereerde onder het Dark Horse label van George Harrison. Hun Yamaha-nummer,
"Love Is Not Enough (To Stay Alive)", werd voor het eerst opgenomen
eind 1975 (voor een demo-album dat echter nooit werd uitgebracht). Die versie
werd evenwel in november 1976 uitgebracht op single in Japan. Voor het album
"Two Man Band" (september 1977) - de 3de en tevens laatste LP van
Splinter onder het Dark Horse label - werd een remake van het nummer
ingeblikt. Toen hun populariteit in Groot-Brittannië en de VS begon te tanen,
legde Splinter zich volledig toe op de Japanse markt. Ze werden er immens
populair, maakten 4 tournees, en brachten van 1978 tot 1981 één album en
verscheidene singles uit bij Columbia Records Japan. Het duo ging in 1984
definitief uit elkaar.
Splinter - "Two Man Band"
(LP 1977 met o.a. remake van
"Love Is
Not Enough (To Stay Alive)")
|
Naast Gianni
Morandi stonden nog twee andere inzendingen voor Italië op het WPSF-podium: Suan
met "Donna Libera", geschreven door
Calabrese/Palumbo/Simonelli/Ramoino,
en Franco & Regina met "Amore Mio".
Deze laatsten
werden met hun ballade de verrassende winnaars van het 7de WPSF: een
Outstanding Performance Award én de Grand Prix International. Gianni Mescoli schreef net als voor
het WPSF '73 en het WPSF '75 de muziek van de Italiaanse inzending. Zijn
"Amore Mio", gezongen door Franco & Regina, ging ditmaal zelfs
aan de haal met een Outstanding Performance Award én de Grand Prix
International.
Franco & Regina (Italië)
tijdens de uitreiking van de Grand Prix
met componist Gianni Mescoli (rechts)
|

Franco & Regina (Italië) tijdens
hun live performance van "Amore
Mio"

|

Hans-Jürgen Beyer
"Dieses Lied Zieht Mit Mir"
(LP met "Alles Blüht" - inzending DDR)

|
Net als in 1973
was er opnieuw een West-Duitse en een Oost-Duitse inzending.
De BRD deed een
beroep op het schrijverstalent van niemand minder dan Les Reed, componist van
talloze hits zoals "I's Not Unusual" (Tom Jones - 1965),
"Delilah" (Tom Jones - 1968), "Kiss Me Goodbye" (Petula
Clark - 1968), enz. Samen met Barry Mason schreef hij voor Danny Rhoder "What
Have I Got (I've Got You Babe)". Het nummer werd
door de zanger zelf niet opgenomen, maar wel door Connie Francis, Millican
& Nesbit en Peters & Lee.
De DDR stuurde
superster Hans-Jürgen Beyer, die zijn carrière was begonnen op
10-jarige leeftijd als soprano in het Leipziger Thomanerchores (1961-1969).
Maar het koor maakte plaats voor verschillende rockbands: Renft (1968-'70),
Uve-Schikora-Gruppe (1970-'72) en Bürkholz Formation (1972-'74). De grote
doorbraak kwam er in 1974 met de hit "Tag Für Tag", gevolgd door talloze
concerttournees en deelnames aan diverse internationale songfestivals,
waaronder het "Dresden '74 Hit Festival", de Golden Orpheus '75 en
het 7de WPSF. Op het Yamaha-podium zong hij de schlager "Alles
Blüht" (muziek: Martin Hoffmann - tekst: Wolfgang Brandenstein). Het
leverde hem een mooie 14de plaats én een Outstanding Performance Award op. In
1978 keerde Hans-Jürgen Beyer nog een keertje terug naar het WPSF. Nog een
politieke noot: op het WPSF 1976 werd Hans-Jürgen Beyer door presentatrice
Judy Ongg aangekondigd als "the contestant from East Germany". Voor
hij zijn nummer aanvatte, verduidelijkte Beyer echter - met klem - dat hij
"the contestant from the German Democratic Republic" is. Later
tijdens de show maakte Ms Ongg dezelfde "fout".
|

"WPSF 1976 -
Certificate Of Merit"
voor Hans-Jürgen
Beyer
|

Award voor
"Dieses Lied Zieht Mit Mir"
|
Voor Nederland
stond Heathermae (Reading) op het podium met "Now That I Love
You", een nummer van Dee Shipman en Roger Webb. Heathermae scoorde dat
jaar trouwens een hitje met "Keep On Dancin'", gevolgd in 1977 door
de slow "You Don't Need Me". Roger Webb werd vooral bekend als
componist van filmmuziek en TV-tunes. Als songwriter won hij onder meer de
"Danny Kaye Award" op het UNICEF International Song Contest met
"Make Your Own Rainbow" (tekst: Norman Newell) en de "First
Prize" voor "Stay Awhile" op het Gibraltar Song Festival.
"Now That I Love You" leverde hem echter geen onderscheiding op.
Heathermae - "You Don't Need
Me"
(7" single - 1977)
|

|

|
Joegoslavië was
vertegenwoordigd door zangeres Radoyka met het nummer "Let My
Heart Keep Singing", een compositie van Alfi Kabiljo op tekst van Ivica Krajac (tekstschrijver
"Muzika I Ti" - ESC '72). Radoyka's vertolking van het nummer werd
bekroond met een Outstanding Performance Award. In 1971 had Radoyka
deelgenomen aan het IV Festival de la Canción del
Atlántico met het nummer "Nuestro Mondo".
Radoyka - "Nuestro Mondo"
(7" single -
inzending IV Festival de la Canción del
Atlántico)
|
Polen stuurde een
van zijn grootste supersterren: Irena Jarocka, geroemd om haar
gracieuze, emotionele zangstijl. Ten tijde van het communisme werd ze
gekoesterd als een ikoon van het nationale elite-team. Zelfs met de
installatie van de nieuwe democratie en de vloedgolf van Westerse pop, rock,
hip-hop en techno bleef Irena razend populair. In 1991 verhuisde ze naar de
Verenigde Staten. Toch kon Irena op het 7de WPSF haar sterrenstatus niet
waarmaken: met "Odplywaja Kawiarenki" (vertaald
als "The Coffee Shops Are Floating Away") raakte ze niet voorbij de
halve finale. Wel werd het nummer in Polen haar allergrootste hit en ook het
album (haar tweede) met dit nummer behaalde moeiteloos goud. "Odplywaja
Kawiarenki" is dan ook terug te vinden op diverse verzamel-CD's van
Jarocka.
|

Irena Jarocka - "Gondolierzy Znad Wisły"
(LP - 1976 - met "Odplywaja
Kawiarenki")
|

Irena Jarocka -
"Odplywaja Kawiarenki"
(verzamelalbum
- Zlota Kolekcja)
|
Griekenland werd
voor de tweede maal vertegenwoordigd door de jonge zangeres Mariangela (zie
ook WPSF 1973), opnieuw met een
eigen compositie ("Think I'm Losing My Men"), die echter nooit werd
uitgebracht. Over haar tweede deelname vertelde zij in een interview met de
website vangelismovements.com het volgende:

Mariangela tijdens haar tweede deelname
aan het WPSF
|
"In 1976
another song of mine was again accepted at the World Popular Song Festival in
Tokyo, where
I went again to perform. It was titled "Think I'm losing my men", a
happy pop song that unfortunately never was released. I then lived in London for a while,
where other companies showed interest in signing me up later on but I could
not accept because I had a 7 year contract with Polydor. Nothing much
happened in the next years in Greece
or elsewhere, nor with other companies. Instead, I finished German high
school and appeared here and there at concerts and so on."
|
In het 7de WPSF
draaiden ook een aantal "buitenbeentjes" mee.
Finland werd
vertegenwoordigd door de Frederik met het nummer "Kunkku"
(The King), waarvan hij zelf de muziek had geschreven. Het nummer verscheen
in 1976 bij Polydor op single (met een Engelse versie, getiteld "Let's
Make Love" op de B-kant) en in 1977 als track op het album "Olen
Dracula" (Finnlevy). Frederik werd vooral bekend met zijn Finse
coverversie van grote hits, waaronder ook een aantal Eurovisiesuccessen:
"Nosta Lippu Salkoon" (Tie A Yellow Ribbon), "Kung Fu
Taistelee" (Kung Fu Fighting), Kohta Juna Lähtee (The Locomotion),
"Rakkauden Aika - Konna Antti Kosu Puntti" (A-Ba-Ni-Bi),
"Tsingis Khan" (Dschingis Khan) en "Hei Heilumaan" (Hé,
Hé, M'sieurs Dames).
|

Frederik - "Olen Dracula"
(LP met "Kunkku" -
inzending Finland)
|

Noel & La Ceylonians -
"Ceylan"
(LP 1977 met "Happy" - Singalese
inzending)

|
Sri Lanka liet
zich vertegenwoordigen door de "vader" van de Singalese
calypso-muziek: Noel (Brian Ranasinghe) en La Ceylonians. Noel
introduceerde in de jaren '60 de sarong, het strooien hoedje, de
bloemenkransen en de blote-voeten-performance op het podium. Zijn stijl
groeide uit tot de trend bij uitstek voor de calypso-muziek. Met zijn band
"La Ceylonians",
waarvan de samenstelling regelmatig wijzigde, bleef Noel de voorbije 40 jaar
(!) een verwoed voorvechter van de muzikale eigenheid van zijn land. Zijn
deelname aan het 7de WPSF werd dan ook beschouwd als een eerste erkenning van
zijn pionierwerk. Met "Peace, Love, Freedom, Unity" wist Noel
bovendien door te stoten tot de Grand Finale. Het nummer verscheen in 1977
als "Happy" (in plaats van de lange, originele titel) op de LP
"Ceylan - Noël and La
Ceylonians" en in 2001 als "Sing Sing Sing, Be
Happy" op zijn allereerste verzamelaar.
Noel Brian Ranasinghe - "Sing Sing
Sing - Be Happy"
(cassette 2001)
|
Gespreksonderwerp
was ook de deelname van componist Guruh Sukarno Putra, zoon van de
oud-President Sukarno van Indonesië. Guruh's nummer "Indigo",
gezongen door Grace Simon, behaalde echter geen prijs. Grace nam meer
recentelijk een album op samen met Lonny Gerungan, die naast zijn
werkzaamheden als chef-kok (met zijn eigen Indonesisch
specialiteitenrestaurant én culinair TV-programma bij de TROS) ook een
zangcarrière opbouwde in Nederland. Op het album "Rangkaian Melati"
stonden ook twee Nederlandstalige nummers: "Waarom Huil Je Toch Nona
Manis?" (duet) en "Liedje Van Verlangen" (Grace solo).
|

Grace Simon (Indonesië)
|

Rowena Cortes
"Greatest Hits +2"
(LP met "There's Gotta Be A
Way" -
inzending Hong Kong)
|
De beroemdste
Aziatische ster van dat moment kwam uit Hong Kong: het tieneridool Rowena
Cortes. Zij zong het Engelstalige nummer "There's Gotta Be A
Way" (tekst & muziek: Leandro Bautista). Rowena scoorde in Azië ook
hoge toppen met coverversies van Europese hits, waaronder "Dancing
Queen", "Nina Pretty Ballerina", "All Kinds Of
Everything" en "Mississippi". Rowena keerde in 1978 nog een
keertje terug naar het WPSF, maar dan als inzending voor de VS. Haar nummer -
"In The Morning" - was toen een compositie van Elton John en Bernie
Taupin.
|
En over de VS
gesproken, die deden het maar matig in deze 7de editie. Enkel William
Tragesser & Kelly Stevens, die ook in het vorige Festival van de
partij waren, behaalden een bescheiden finaleplaats met "Between Hello
& Goodbye".
Voor het
Amerikaanse continent scoorde Brazilië (in zijn tweede WPSF-deelname) het
best. Eva - volledige naam: Eva Correa Jose Maria - wist met "Onde O Caração Te
Levar" (Go Where Your Heart Drives You) een knappe 8ste plaats én een
Outstanding Song Award in de wacht te slepen. Het nummer werd tevens in Japan
op single uitgebracht.
Veel werd verwacht van de Argentijnse Graciela
Yuste, maar zij raakte met haar "Viento Sin Tiempo" niet verder
dan de halve finale.
|

Eva - "Onde O Caração Te Levar"
(7" single -
Japan - inzending Brazilië)

Graciela Yuste - "Viento Sin
Tiempo"
(7" single - Japan - inzending Argentinië)
|

Marty Rhone
op het 7de WPSF
|
Met het afhaken
van Nieuw-Zeeland moest Australië in zijn eentje het continent down under
vertegenwoordigen. Zanger/acteur Marty Rhone slaagde daar wonderwel in
met zijn "On The Loose (Again)", geschreven door Brian Dawe en
Steve Groves. Goed voor zowel een Outstanding Song als een Outstanding
Performance Award. "On the Loose (Again)" was het winnende nummer van het 1976
Australian Popular Song Festival, de nationale preselectie voor het
internationale WPSF: "Marty went on to represent Australia at the 1976 Australian Popular
Song Festival, performing a song composed by Brian Dawe and Steve Groves
entitled "I'm On The Loose Again". It became the winning entry and
from there they took it to the World Contest at Tokyo, where they took out two major awards
- 'Best Song' and 'Most Outstanding Performance'." (Roger Felice -
Howlspace) "On The
Loose (Again)" bereikte ook de Top 20 in de nationale hitparade. In 1994 werd
Marty Rhone nog uitgeroepen tot "Male Vocal Performer Of The
Year" tijdens de 19th Annual Australian Entertainment 'MO' Awards. In 2001 vierde hij zijn 35ste jaar als entertainer.
|

Sandy - "Goodbye Morning"
(7" single - Grand Prix Japan)

Sandii and The Sunsetz
"Open Sesami"
(7" single - pressing NL/B)
|
De Grand Prix Japan ging naar de beeldschone Sandy, die
ook een Most Outstanding Performance Award kreeg voor haar puike vertolking
van "Goodbye Morning". Haar prijs nam ze in ontvangst met de
woorden: "Music is love." Sandy werd geboren als Sandii in Tokio,
maar bracht haar kinder- en tienerjaren door op Hawaï. In 1974 keerde ze
terug naar Japan, waar ze begon te werken als D.J. bij NHK Radio. Zo kwam ze
in contact met haar muzikale "ontdekkers": Haruomi Hosono en Makoto
Kubota. "Goodbye Morning" werd Sandy's eerste hitsingle (na twee minder
succesvolle plaatjes onder de naam van "Sandy Ai"). Haar eerste
album, "Eating Pleasure", volgde pas in 1980. Vanaf 1981 werd ze
het gezicht van "Sandii and The Sunsetz", die behoorlijk succesvol
waren in Australië en de Verenigde Staten. In de Benelux brachten ze de
single "Open Sesami" uit. In de jaren '90 ging Sandii opnieuw solo,
waarbij ze zich toelegde op Aziatische klassiekers. In Maleisië behaalde haar
album "Airmata - Sings Melayu and Dangdut Classics" goud. Sedert
1996 grijpt Sandii volledig terug naar haar roots en bracht ze reeds 7 albums
met Hawaïaanse klassiekers uit.
Sandy anno 1997 
|
De Yamaha
LP-traditie werd voortgezet. Zo verscheen ook van het 7de WPSF een
verzamelalbum met live-vertolking van diverse inzendingen.
|

|
WORLD POPULAR SONG FESTIVAL IN TOKYO '76
Side A
1 - Goodbye Morning (Japan) Grand
Prix
2 - On The Loose (Again) (Australia)
3 - Ma Chanson D'Amour (France)
4 - Love Is Not Enough (To Stay Alive) (United Kingdom)
5 - Wedding Bells (Japan)
6 - Dans Le Ciel (Monaco)
**********
Side B
1 - Ammore
Mio (Italy)
Grand Prix
2 -
Melancholy Ballad (Japan)
3 - Roman (United Kingdom)
4 - Quand On Est
Seul (Belgium)
5 - Paint The
Smile On (United Kingdom)
6 - Onde O Caração Te Levar (Brazil)
7 - Per Poter Vivere (Italy)
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|